Herenhoed (niet in inventaris)

Herenhoeden speelden vele malen per dag een grote rol in de sociaal verplichte begroetings-ceremoniën, buitenshuis en binnenshuis. Vermeer heeft ongetwijfeld een of meer hoeden bezeten, maar in de inventaris van 1676 zijn die verdonkeremaand.

Wel aanwezig: een loden hoedenrand.

 

Als voorbeeld van een gelijksoortig voorwerp wordt hier getoond: Herenhoed van haarvilt, met gevlochten zilverdraad, c.1600-1650, volgens overlevering gedragen door Hendrik Casimir, Graaf van Nassau Dietz (1612-1640).

Jacob Graal [auteur en uitgever], De Hoofsche Welleventheid en Loffelijke Welgemaniertheid, By alle voortreffelijke Luiden in Nederland Gebruykelyk [...] Jacob Graal. 1733 geeft enkele suggesties voor het gebruik van de hoed:

p. 73. Blootshoofd bidden.

p. 96. Alleen de eerste keer de hoed afnemen bij het aanbieden van voedsel.

p. 107. Hoed afnemen als een persoon van aanzien u op de gezondheid van iemand toebrengt, ofwel op de uwe drinkt; of wanneer hij u aanspreekt. Bij het antwoorden de mond eerst leeg maken.

 

Kleurenafbeelding op p. 48 in de tweetalige uitgave van Bianca M du Mortier Chapeau Chapeaux Hoeden 1650-1960, 40 hoeden uit de verzameling van het Rijksmuseum ;Chapeau Chapeaux Hats 1650-1960, 40 hats from the collection of the Rijksmuseum, Rijksmuseum Amsterdam 1997.

Noot: Hoed en kleren van Ernst Casimir 18x24 (geen F nummer, foto in ordner NG Kleding) NM 1098, 1097, Z31, Z32, 1110.

In het Vermeerhuis waren meer vermiste objecten.

 

Noot: Foto Copyright Rijksmuseum stichting, Amsterdam. Het Rijksmusem heeft medewerking verleend bij het tot stand komen van dit project Digitaal Woonhuis Johannes Vermeer. De auteur mocht er een keuze maken uit het omvangrijke foto-archief. Het daar gekozen fotomateriaal is vervolgens door het Rijksmuseum beschikbaar gesteld.

Een gelijksoortig voorwerp werd als onderdeel van de Vermeer-inventaris op 29 februari 1676 in Delft NIET opgeschreven door de klerk van notaris J. van Veen, in het huis aan de Oude Langendijk, hoek Molenpoort van de kort daarvoor overleden schilder Johannes Vermeer. Op dat moment woonde zijn vrouw Catherina daar nog met 11 kinderen en haar moeder, Maria Thins.

Zie de publicatie van het volledige document door A.J.J.M. van Peer, "Drie collecties..." in Oud Holland 1957, p. 98-103. Mijn toevoegingen en uitleg staan tussen [__]. Termen zijn opgezocht in het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT), begonnen in 1882 door De Vries en Te Winkel.

Textieltermen zijn in 2001 welwillend toegelicht door kunsthistorica Marieke de Winkel.

 

This page forms part of a large encyclopedic site on Vermeer and Delft. Research by Drs. Kees Kaldenbach (email). A full presentation is on view at johannesvermeer.info.

Launched December, 2002; Last update March 2, 2017.

Back to the Welcome page: click Welcome.