Vincent's pelgrimstocht door het leven

 

30 maart 1853 - 30 september 1864. Zundert, Markt 26, geboorte en jeugdjaren in het ouderlijk huis.

1 oktober 1864-31 augustus 1866. Zevenbergen, Stationsstraat 16, op de kostschool van meester Jan Provily.

15 september 1866 - 19 maart 1868. Tilburg, Stadhuisplein 130 (HBS; woont op het St. Annaplein 19, kosthuis familie Hannik.

19 maart 1868 - 8 augustus 1869. Zundert, Markt 26, bij zijn ouders in huis.

8 augustus 1869 - 13 juni 1873. Den Haag, Plaats 14 (werkt als leerling-kunsthandelaar bij firma Goupil); woont op de Lange Beestenmarkt 32, kosthuis familie Roos.

13 juni 1873 - oktober 1874. Londen, werkt in Southampton straat 17 (firma Goupil). Woont in een aantal pensionkamers. In augustus 1873 naar Hackford Street 87 (tegenwoordig Hackford Road) kosthuis Loyer.

Zomer 1874. Helvoirt, Torenstraat 47, zomervakantie in de ouderlijke woning doorgebracht.

Oktober 1874 - december 1874. Parijs, in de wijk Montmartre. Deelt een kamer met Harry Gladwell. Werkt in de hoofdvestiging van firma Goupil, Rue Chaptal 9.

December 1874. Helvoirt, Torenstraat 47, kerstmis in de ouderlijke woning doorgebracht.

December 1874 - 15 mei 1875. Londen, Southampton Street 17, de vestiging Firma Goupil waar hij werkt; hij woont in een kamer op Kennington Road 395.

15 mei 1875 - 4 april 1876. Parijs, werkt in Rue Chaptal 9, de hoofdvestiging van Goupil. Woonadres onbekend. Gaat via Etten naar Ramsgate.

17 april 1876 - juni 1876. Ramsgate, Royal Road 6, waar hij les geeft in een kostschool. Hij slaapt in een vervallen huis op Spencer Square 11.

Juni 1876 - december 1876. (I) Isleworth, Twickenham Road 183, bij meester William Stokes in Linkfield House werkt hij slechts kort. Betaald werk vindt hij op Twickenham Road 160 (Holme Court) bij dominee Thomas Slade-Jones. Die heeft er een kostschool maar werkt ook als dominee; Vincent assisteert hem en bezoekt regelmatig een aantal kerkjes. (II) Turnham Green, Chiswick High Street, een steegje tussen nr. 345 en nr. 347 voerde naar een kerkje achter de huizen. Vincent werd hulpprediker in deze later afgebroken Congregational Church. (III) Petersham, Petersham Road, tussen nrs. 287 en 289; deze Wesleyan Chapel werd ook afgebroken. (IIII) Richmond, op de hoek van Kew Road en Evelyn Road stond een Methodist Chapel, die werd afgebroken en vervangen door een nieuw kerkgebouw.

31 december 1876 - januari 1877. Etten, Roosendaalseweg 4. Kort verblijf in de pastorie van zijn ouders.

Januari 1877 - mei 1877. Dordrecht, Voorstraat 256 t/o Scheffersplein, waar hij assisteert in de boekhandel Blussé en Van Braam. Hij woont in de Tolbrugstraat Waterzijde 24, kosthuis van grutter Rijken.

9 mei 1877 - juli 1878. Amsterdam, Grote Kattenburgerstraat 3 waar Vincent inwoont bij zijn 'Oom Jan', directeur van de marinewerf. In de buurt van het Jonas Daniel Meyerplein kreeg hij privélessen van M.B. Mendes da Costa in Latijn en Grieks. Deze vakken had hij nodig voor het toelatingsexamen voor de studie Godgeleerdheid. Prinsengracht 168 was het adres van zijn nicht Kee Vos-Stricker op wie Vincent verliefd werd nadat zij weduwe was geworden. Haar vader, dominee Stricker (oom Stricker voor Vincent) woonde op Keizersgracht 69. Vincent kon daar van zijn studeerkamer gebruik maken. Hij kastijdde zichzelf op de rug, met een knuppel en sliep op de vloer als hij niet goed concentreerde. Latijn en Grieks leren lukte hem niet goed.

Juli 1878 - augustus 1878. Etten, Roosendaalseweg 4, kort verbljf bij de ouders; deze pastorie is geheel verdwenen.

Juli 1978. Brussel. Bezocht met zijn vader en ds. Slade-Jones uit Isleworth in Brussel leden van het Zendingscomité.

25 augustus 1878 - november 1878. Brussel (Laeken). Stagiair op school voor zendelingen van ds. Bokma.

November 1878 - december 1878. Etten, Roosendaalseweg 4, kort verbljf bij de ouders; deze pastorie is geheel verdwenen.

26 december 1878 - januari 1879. Borinage. Aktiviteit als lekeprediker onder de straatarme mijnwerkers. Woont in Pâturages, Rue de l'Eglise 39 bij marskramer Van der Haegen; diens huis bestaat niet meer. In de Borinage achtereenvolgens ook twee andere plaatsen.

Januari 1879 - augustus 1879. Wasmes, Rue du Petit-Wasmes 221 in het kosthuis van bakker Denis; preekt in de Rue du Bois 257, in het protestantse tehuis genaamd 'Salon de Bebé'; woont daar in extreme armoede in een huitje. Gaat na zijn ontslag te voet naar Brussel.

Augustus 1879. Brussel, bezoekt daar ds. Pietersen. Loopt daarna naar pastoor Frank in Cuesmes in de Borinage.

Augustus 1879 - 15 oktober 1880. Cuesmes, Rue du Grand Marais 8. Verhuist dan naar Rue du Pavillon 8, in het kosthuis van mijnwerker Decrucq; in dit huis, 'Maison du Marais', is een permanente tentoonstelling.

Maart 1880. Courrières. Voettocht door het departement Le-Pas-de-Calais met als doel een bezoek aan de schilder Jules Breton. Is te bang om aan te kloppen en gaat weer weg.

15 oktober 1880 - 12 april 1881. Brussel, Zuidlaan / Boulevard du Midi 72. Hier maakt hij tekeningen.

12 april 1881 - november 1881. Etten, Roosendaalseweg 4, verblijf bij de ouders; deze pastorie is geheel verdwenen.

28 november 1881 - 11 september 1883. Den Haag, "Derde straat van de Schenkweg" achtereenvolgens op nummers 138 en 136. Beide woningen waren eerste etages, die Vincent in onderhuur kreeg. Vincent verhuisde omdat hij voor Sien Hoornik en haar kinderen meer ruimte nodig had. Deze huizen werden afgebroken; hier staat nu Schenkweg 13.

11 september 1883 - 30 november 1883. verblijf in Drenthe, eerst in Hoogeveen, Presserstraat 24, in het boerenlogement van Hartsuiker. Vincent's kamer was op zolder. Daarna Nieuw-Amsterdam, Vincent van Goghstraat 1, hoek Scholdijk, in de herberg van Scholte. Dit pand draagt nu een plaquette.

3 december 1883 - 24 november 1885. Nuenen, Berg 27, verblijf bij zijn ouders. Na een ruzie gaat Vincent overdag tekenen en schilderen in de rooms-katholieke kosterswoning Park 49 (afgebroken).

24 november 1885 - maart 1886. Antwerpen, Lange Beeldekensstraat 224 (voorheen nummer 194), kosthuis van verfkoopman Brandel. De Academie van Beeldende Kunsten is gevestigd op de Blindestraat, hoek Mutsaertstraat. De tekenclubs waar Vincent aan meedeed waren mogelijk gevestigd in een pand aan de Teyndersstraat en in het huis Winckler aan de Grote Markt.

 

Maart 1886 - 20 februari 1888. Parijs, Rue Victor Massé 25 (voorheen Rue Laval geheten); daarna Rue Lepic 54, een woning op de 3e etage waar Theo en Vincent gingen wonen om ruimer te wonen. Theo werkte in de hoofdvestiging van Goupil aan de Boulevard Montmartre 19; Vincent volgde lessen in het atelier van Cormon, Boulevard de Clichy 104, Clichy. Theo en Vincent aten vaak in Restaurant Bataille, Rue des Abesses (nr. ? ). Vincent kon eenmaal zijn werk tentoonstellen in Cabaret-Restaurant 'Le Tambourin', Boulevard de Clichy 62. Samen met Emile Bernard en Henri de Toulouse-Lautrec kon hij ook eenmaal tentoonstellen in Restaurant du Chalet, Avenue de Clichy 43.

20 februari 1888 - 3 mei 1889. Arles, Rue Cavalerie 30, Hotel-Restaurant Carrel; vervolgens Place Lamertine 30, het Café de la Gare (Nachtcafé). Zijn eerste eigen huurhuis was Place Lamartine dat hij het Gele Huis noemde, dat eerst als atelier fungeerde, later ook als woonhuis. Bezoek van Gauguin. Na het incident met het afgesneden oor verbleef hij in het Hôtel-Dieu (het ziekenhuis) dat nu Espace culturel Van Gogh is. Het Gele Huis werd gebombardeerd in WO II, en was voor de helft een ruïne en werd vervolgens afgebroken.

Zie de complete Gauguin index.

Mei 1889 - 17 mei 1890. Saint-Remy de Provence, het gesticht voor krankzinnigen Saint-Paul-de-Mausole, dat zich bevindt op de hoek van Avenue E. Leroy en de Chemin des Carrières.

20 mei 1890 - 29 juli 1890. Auvers-sur-Oise, place de la Mairie, herberg van Arthur Ravoux. Hij schiet zich door het hoofd, loopt terug naar de herberg waar hij sterft.

 

Pagina gelanceerd 5 aug. 2000. Update 25 Oct, 2016.